TaxAble

experts in belastingen

  • Zakelijk
    • Soorten zakelijke belastingen
      • Winstbelasting
      • Loonbelasting
      • Belasting toegevoegde waarde (BTW)
      • Dividendbelasting
    • Belastingplanning
    • Compliance diensten
    • Belasting calculator
  • Privé
    • Aangifte inkomstenbelasting
    • 30% regeling
    • Expat en belastingen
    • Soorten privé belastingen
      • Belastingtarieven 2020
      • Belastingtarieven 2019
      • Belastingtarieven 2018
      • Belastingtarieven 2017
  • Alles in één huis
    • Opzetten vennootschap
    • Fiscale compliance & accountancy
    • Partners & Netwerk
  • Nieuws
    • Nieuws over zakelijke belasting
    • Nieuws over expats en belastingen
    • Nieuws over privé belasting
    • Nieuws over de 30% regeling
    • Overig belastingnieuws
  • Over ons
    • Achtergrond
    • Verbonden
    • Algemene voorwaarden TaxAble
  • Contact
  • Nederlands
  • English
U bent hier: Home / Archives for Nieuws / Overig belastingnieuws

Sociale zekerheid internationaal; waar bent u verzekerd?

december 15, 2019 by Jan-Hein

Sociale zekerheid bij grenswerkers; waar bent u verzekerd?
Wanneer u als werknemer of zelfstandige in veel verschillende landen tegelijk werkt, is het soms lastig te bepalen in welk land u sociaal verzekerd bent en dus welk land heffingsbevoegd is als het gaat om de sociale premies. Bij de sociale premies gaat het om de AOW, Anw en Wlz (volksverzekeringen) en de WW, WAO, WIA en ZW (werknemersverzekeringen).

Om te zorgen dat niet meerdere landen claimen heffingsbevoegd te zijn, is Verordening 883/2004 van de Europese Unie betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels in het leven geroepen. In de Verordening zijn aanwijsregels opgenomen die bij grensoverschrijdende situaties de heffingsbevoegdheid toewijzen aan slechts één land. Let wel: de Verordening is alleen van toepassing op EU-lidstaten.

Artikel 11 van de Verordening regelt dat het werkland (dus het land waarin de werkzaamheden plaatsvinden) in principe de sociale premies mag heffen. Woont u dus in Nederland maar werkt u in Duitsland, dan bent u volgens de Verordening verplicht om aan Duitsland sociale premies af te staan (u kunt dit nooit aan twee landen verplicht zijn).

Verricht u werkzaamheden in 2 of meer lidstaten voor 1 werkgever? Dan is artikel 13 van de Verordening van toepassing. De regels zijn als volgt:

  • Verricht u 25% of meer van de werkzaamheden in de lidstaat waarin u woont, dan is deze lidstaat heffingsbevoegd;
  • Verricht u minder dan 25% van de werkzaamheden in de lidstaat waarin u woont, dan is de lidstaat heffingsbevoegd waar uw werkgever zich zetelt, oftewel waar uw werkgever gevestigd is.

Verricht u werkzaamheden in 2 of meer lidstaten voor 2 of meer verschillende werkgevers? In dit geval zijn de volgende regels van toepassing:

  • Zijn de 2 werkgevers in dezelfde lidstaat gevestigd, dan is deze lidstaat heffingsbevoegd;
  • Zijn de werkgevers in 2 verschillende lidstaten gevestigd, waarvan 1 lidstaat de lidstaat is waar u woont, dan is de andere lidstaat heffingsbevoegd;
  • Zijn de werkgevers gevestigd in ten minste 2 verschillende lidstaten, niet zijnde de lidstaat waar u woont, dan is de lidstaat waar u woont heffingsbevoegd.

Interessant is het begrip werkgever dat voor de toepassing van de Verordening tot op heden steeds formeel is uitgelegd. Uit bovenstaande regels komt naar voren, zodra men niet minstens 25% van de werkzaamheden in het woonland verricht en er sprake is van 1 werkgever (dit is vaak het geval), dat dan het land heffingsbevoegd waar de werkgever gevestigd is. Denk aan beroepen binnen het beroepsgoederenvervoer, waar men veel grenzen passeert en langs onderweg is.

Bij een formele uitleg van het begrip werkgever gaat het om de vestigingsplek op papier. Er wordt veelal gekeken naar de statutaire zetel (in welk land is de werkgever ingeschreven). Het lijkt niet onbegrijpelijke dat een dergelijke formele benadering frauduleuze constructies in de hand werkt waarbij een werkgever op papier wel in een bepaald land is gevestigd, maar feitelijk opereert vanuit een ander land.

Op 26 november 2019 heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie in een arrest bepaald deze uitleg drastisch om te willen gooien. In het arrest geeft het Hof antwoord op prejudiciële vragen van het CRvB (Centrale Raad van Beroep).
Binnen de rechtspraak bestond al wel langer een tendens naar een meer materiële uitleg van het werkgeversbegrip binnen de sociale zekerheid, echter nog nooit is dit door het Hof uitgesproken.

In onderhavige zaak ging het om de Cypriotische werkgever AFMB. AFMB heeft veel vrachtwagenchauffeurs in dienst die aldus op papier een te Cyprus gevestigde werkgever hebben. In Cyprus zijn de socialezekerheidspremies een stuk lager dan in Nederland. Dit gaat hand in hand met een slecht werkend sociaal vangnet. Word je opeens arbeidsongeschikt, dan kun je in mindere mate rekenen op een fatsoenlijke uitkering.

De feitelijke, werkelijke situatie tussen de vrachtwagenchauffeurs en AFMB was dat de vrachtwagenchauffeurs voor onbepaalde tijd volledig ter beschikking stonden aan in Nederland gevestigde ondernemingen en dat zij ook het feitelijk gezag over hen uitoefenden.

Het Hof heeft nu dan ook geoordeeld dat de werkgever diegene is ‘die de betrokkenen heeft aangeworven, die hen feitelijk voor onbepaalde tijd volledig ter beschikking heeft, die het feitelijke gezag over hen uitoefent en die de facto hun loonkosten draagt’. Op deze manier worden constructies vermeden die niets met de werkelijkheid te maken hebben en wordt u als werknemer of zelfstandige ook beschermt tegen een zwak sociaal vangnet.

Filed Under: Nieuws over expats en belastingen, Nieuws over privé belasting, Nieuws over zakelijke belasting, Overig belastingnieuws

Aan- of verkoopkosten deelneming aftrekbaar bij geen transactie

december 20, 2018 by Jan-Hein

De Hoge Raad heeft onlangs bepaald dat aan- of verkoopkosten van een deelneming aftrekbaar zijn bij een niet geslaagde transactie.

Aankoopkosten dan wel verkoopkosten gemaakt ter verwerving of vervreemding van een deelneming zijn door de deelnemingsvrijstelling (van toepassing bij een aandelenbelang van 5% of meer in een vennootschap) uitgesloten van aftrek. De Hoge Raad heeft betreffende aankoopkosten dan wel verkoopkosten gedefinieerd als kosten die zonder die verwerving of die vervreemding niet zouden zijn gemaakt.

Bij externe kosten is in dit kader doorgaans een duidelijker onderscheid te maken dan bij interne kosten, de vraag bij interne kosten (bijvoorbeeld salarissen medewerkers die assisteren bij de betreffende aan- of verkoop) is in hoeverre deze kosten louter gemaakt zijn voor de aan- of verkoop.

Aankoopkosten dan wel verkoopkosten vallen alleen onder deelnemingsvrijstelling voor zover de betreffende aan- of verkoop daadwerkelijk doorgang heeft gevonden.

De Hoge Raad oordeelde over een situatie waarbij een aan- of verkoop in eerste instantie afketst, maar vervolgens in een volgende fase alsnog doorgang vindt met een andere partij. In een dergelijk geval moet worden beoordeeld in hoeverre de verkoopkosten die zijn gemaakt in die eerste fase ook zouden zijn gemaakt indien die fase niet had plaatsgevonden. Alleen die kosten zijn niet aftrekbaar.

Daar van te voren niet altijd goed in te schatten valt of een aan- of verkoop doorgang zal vinden, brengt goed koopmansgebruik met zich mee dat de kosten ter zake van de geplande aankoop of vervreemding van een deelneming in een balanspost worden opgenomen totdat de aankoop of vervreemding al dan niet doorgaat.

Vervolgens wordt bepaald in hoeverre het bedrag van die afboeking onder de deelnemingsvrijstelling valt (te activeren bij aankoop deelneming), het eventuele restant is aftrekbaar.

Filed Under: Overig belastingnieuws

Geen omkering bewijslast zonder uitnodiging aangifte

maart 5, 2018 by Jan-Hein

De Belastingdienst mag de bewijslast niet omkeren als er niet eerst een uitnodiging doen van aangifte (tegenwoordig de aangiftebrief) inkomstenbelasting is gestuurd.

Recentelijk heeft Hof Arnhem-Leeuwarden arrest gewezen in een zaak waarin de Belastingdienst de bewijslast wilde omkeren na het opleggen van een ambtshalve aanslag inkomstenbelasting.

De belastingplichtige in deze zaak had geen aangifte ingediend en geen uitnodiging doen van aangifte inkomstenbelasting ontvangen van de Belastingdienst. De inspecteur legde een ambtshalve aanslag op en nam het standpunt in dat de bewijslast lag bij de belastingplichtige om de bedragen van de ambtshalve aanslag te weerleggen.

Het Hof zag voldoende aanleiding om de bewijslast van de onderbouwing van de ambtshalve aanslag neer te leggen bij de Belastingdienst omdat de belastingplichtige geen (onjuiste) aangifte had ingediend en daartoe ook geen uitnodiging had ontvangen. Althans de inspecteur kon geen bewijs leveren dat een dergelijke uitnodiging inderdaad aan de belastingplichtige was verzonden, al was de inspecteur daar wel van overtuigd.

Overigens zag de inspecteur in deze zaak alsnog kans om succesvol de hoogte van zijn ambtshalve aanslag te verdedigen zodat deze aanslag in stand bleef.

Wellicht dat de Belastingdienst een soortgelijke toekomstige zaak zo goed mogelijk zal trachten te voorkomen door vele belastingplichtigen een uitnodiging doen van aangifte toe te zenden.

Over belastingjaar zijn 7,9 miljoen mensen uitgenodigd, hierbij zitten ook personen die feitelijk geen aangifte zouden hoeven te doen waardoor de uitnodiging in dergelijke gevallen meer weg van een niet toegestane ‘fishing expedition’.

De wet stelt hierbij de volgende beperking aan de inspecteur:  “Ingevolge artikel 6 lid 1 AWR kan de inspecteur …. degene die naar zijn mening vermoedelijk belastingplichtig of inhoudingsplichtig is uitnodigen tot het doen van aangifte.”. Er moet dus wel een vermoeden zijn.

Gezien de formaliteiten en de impact van een dergelijke uitnodiging zou deze alleen in evidente situaties moeten worden uitgereikt: “ieder die is uitgenodigd tot het doen van aangifte, is gehouden aangifte te doen door de in de uitnodiging gevraagde gegevens duidelijk, stellig en zonder voorbehoud …. in te leveren of toe te zenden.”

Met of zonder aangiftebrief kunnen wij u van dienst zijn bij het opstellen van uw aangifte inkomstenbelasting.

Filed Under: Nieuws over privé belasting, Overig belastingnieuws

Periodieke uitkering stamrecht geen lijfrente in belastingverdragen

december 29, 2017 by Jan-Hein

De Hoge Raad heeft geoordeeld dat een periodieke uitkering van een stamrecht niet voldoet aan de lijfrentedefinitie in belastingverdragen die Nederland heeft gesloten.

Voorheen hadden belastingplichtigen met een periodieke stamrechtuitkering recht op een vrijstelling van inhouding van loonbelasting op hun periodieke stamrechtuitkering, omdat deze onder de definitie van lijfrente in belastingverdragen viel. De Hoge Raad stelt nu dat er moet worden gekeken naar het arbeidsverleden van de ontslagvergoeding waaruit het stamrecht is ontstaan. Dit leidt er in deze gevallen toe dat zowel de ontslagvergoeding uit het verleden alsmede de latere periodieke stamrechtuitkering als arbeidsinkomen wordt gekwalificeerd.

Dit betekent dat de stamrechtuitkeringen – als gevolg van ontslagvergoedingen –  die door de Nederlandse entiteiten aan het buitenland worden betaald, worden gezien als arbeidsinkomen. Ondanks de door Nederland gesloten belastingverdragen worden deze inkomsten in Nederland belast. Als een stamrechtuitkering voortvloeit uit een ontslagvergoeding van een dienstverband in Nederland, is deze in beginsel belastbaar in Nederland. Compartimentering kan – voor zover een deel van de ontslagvergoeding toegerekend kan worden aan een buitenland – hierbij nog soelaas bieden.

Alleen als een periodieke stamrechtuitkering bedoeld is als een overbrugging naar de pensioengerechtigde leeftijd kan deze als een pensioenuitkering worden gekwalificeerd. De werknemer en werkgever moeten dit zijn overeengekomen bij de beëindiging van het dienstverband.

De belastingvrijstelling blijft van kracht voor het jaar 2017, maar vanaf 1 januari 2018 zijn deze stamrechtuitkeringen belastbaar in Nederland. De in het verleden toegekende vrijstellingen worden ingetrokken per 1 januari 2018.

Filed Under: Overig belastingnieuws

Toepassingstermijn 30%-regeling verminderd naar vijf jaar vanaf 2019

december 1, 2017 by Jan-Hein

Een van de plannen van het nieuwe kabinet is om een wijziging aan te brengen in de 30%-regeling zoals die nu van toepassing is. Het goede nieuws is dat de 30%-regeling niet wordt afgeschaft, ondanks dat hier wel enige politieke discussie over heeft plaatsgevonden. De nieuwe 30%-bewijsregel zal echter wel minder lang geldig zijn. Klik hier voor de meest recente update!… Read More

Filed Under: Nieuws over de 30% regeling, Nieuws over expats en belastingen, Overig belastingnieuws

Besluit heffingvrij vermogen box 3 voor buitenlands belastingplichtigen

oktober 20, 2017 by Keesjan Deelstra

Naar aanleiding van prejudiciële vragen van de Hoge Raad aan het Hof van Justitie van de Europese Unie heeft de Hoge Raad uitspraak gedaan in de zaken J.B.G.T. Miljoen (ECLI:NL:HR:2016:362) en Société Générale S.A. (ECLI:NL:2016:361). De staatssecretaris van financiën heeft besloten de wetgeving anders toe te passen in het licht van deze uitspraken.… Read More

Filed Under: Nieuws over expats en belastingen, Overig belastingnieuws

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Recente artikelen

  • Gebruik de One Stop Shop om BTW registratie per land te voorkomen
  • Per 1 januari 2021 bronbelasting op interest en royalty’s
  • Vaste reiskostenvergoeding tijdens de Corona crisis
  • Jaarlijkse indexatie minimum salaris 30% regeling 2020
  • Sociale zekerheid internationaal; waar bent u verzekerd?

Zoek

Nieuws categorieën

  • Nieuws
    • Nieuws over de 30% regeling
    • Nieuws over expats en belastingen
    • Nieuws over privé belasting
    • Nieuws over zakelijke belasting
    • Overig belastingnieuws

Copyright © 2025 TaxAble :: experts in belastingen

© Taxable 2017 –2025 - Privacy statement

  • Nederlands
  • English